De Orgelgeschiedenis van de Prinses Julianakerk

Het eerste orgel dateert uit 1928 en werd geplaatst door de fa. van Gelder uit Leiden. Het orgel was afkomstig uit de in 1915 gesloopte (oude) Badkapel van Scheveningen.
In 1933 wordt dit orgel uitgebreid door de fa. de Koff uit Utrecht.

Dagblad ‘Het Vaderland’ bericht op 6 maart 1933 het volgende:
“Het orgel in de Prinses Julianakerk van de Nederlands Hervormde Gemeente te Scheveningen aan de Nieboerweg heeft een grote verandering ondergaan. Het kerkorgel is bijna tweemaal zo groot geworden. Telde het voorheen 14 registers thans is zulks uitgebreid tot 26. Deze 14 registers welke vroeger verdeeld waren over 2 klavieren, zijn thans op 1 klavier geplaatst en op het tweede klavier zijn nu, in zwelkast, zes nieuwe registers aangebracht. Vervolgens zijn in het voetklavier twee stemmen toegevoegd, en twee mechanische registers, waardoor het geheel thans geworden is een keurig en volledig instrument, dat zeker niet behoeft achter te staan bij andere kerkorgels te dezer stede. Het bestuur van de Commissie van de Prinses julianakerk en de Orgelbouwers, de heren de Koff, kunnen met dankbare blijdschap op deze verbouwing terugzien, de Hervormde Gemeente is een pracht orgel rijker geworden. De inwijding van het orgel zal a.s. Woensdagavond, 8 maart, in de Prinses Julianakerk aan den Nieboerweg plaats hebben. Sprekers zijn de predikanten ds. B. Tichelman en ds. H. Stolk, terwijl voorts nog medewerking zal verleend worden door de Christelijke Gemengde Zangvereeniging „Volharding leidt tot het doel”.
In 1936 worden er door de fa. de Koff uit Utrecht enkele herstelwerkzaamheden aan dit orgel uitgevoerd. Omstreeks 1967 voert de fa. van der Zwan uit Scheveningen restauratie en schoonmaakwerkzaamheden uit. Meerdere gegevens over dit orgel zijn niet bekend.
Het Reil orgel (1973).
In 1973 wordt een nieuw orgel gebouwd. Het is een zo getrouw mogelijke kopie van het Arp Schnitger-orgel (uit 1701) van de Jacobikerk te Uithuizen. De orgelbouwers fa. gebr. Reil uit Heerde hebben dit omvangrijke werk gerealiseerd. Reeds lang was het gebruikelijk om violen, dwars- en blokfluiten en klavecimbels van een beroemde bouwer te kopiëren.
Bij een orgel was dat tot voor de bouw van het orgel in de Pr. Julianakerk echter niet het geval. Wel bestond de gewoonte een bepaald register, bijvoorbeeld een tongwerk, over te nemen. Een volledig orgel werd echter niet overwogen.

 

Langzamerhand groeide het besef dat, wil men de oude orgelbouw goed begrijpen en de oude speelwijzen doeltreffend bestuderen, men er niet aan kan ontkomen door het kopiëren van een instrument als het orgel door te dringen tot het wezen van de opvattingen van de oude orgelmakers. Bij tegenwoordige orgels zijn alle pijpen van een register even sterk geïntoneerd, maar bij het kopiëren van het Schnitger orgel bleek dat bij Schnitger aanzienlijke verschillen in luidheid kunnen optreden, zonder dat dit storend werkt op het totaalbeeld of zelfs op het individuele klankkarakter.
De leidraad bij het kopiëren werd overname van het bestaande fraaie instrument van Uithuizen, en dus niet een poging tot reconstructie van het oorspronkelijke orgel uit 1701. Een bijzondere vermelding verdient dat het orgel is opgeleverd met een iets gewijzigde Werckmeisterstemming. Hierbij zijn anders dan bij de stemming volgens de gelijkzwevende temperatuur de tertsen zuiver. Vooral de meest gebruikte toonsoorten C, D, F, G klinken dan erg fraai. Het minst aanvaardbaar klinkt dan een werk in Fis.
Hoewel het in sommige stemmen niet zo duidelijk hoorbaar is, zijn de tongwerken en de plenumklank toch herkenbaar van de Schnitgermensuur.
Wat opvalt is dat het orgel in de Prinses Julianakerk geen snijdend geluid geeft zoals bij sommige neo-barokke orgels, maar een heldere en zangrijke toon voortbrengt.
Met het kopiëren konden niet alle ongemakken zoals registers aan de rugzijde voor het rugwerk overwonnen worden. Daarentegen is de kas van het orgel met het houtsnijwerk ronduit prachtig.
De bouw van het orgel in de Prinses Julianakerk stond onder advies van de Haarlemse stadsorganist dhr. Klaas Bolt. Na voltooiing van de bouwwerkzaamheden werd het orgel op 26 september 1973 feestelijk in gebruik genomen.

In 2000 onderging het orgel een grote onderhoudsbeurt en werd er een nieuwe windmotor geplaatst. De oorspronkelijke Werckmeister III stemming werd omgezet naar een gelijkzwevende stemming. Ook wordt het orgel opnieuw geïntoneerd. Deze werkzaamheden werden uitgevoerd door de fa. Hendriksen & Reitsma uit Nunspeet, onder advies van dhr. Bas de Vroome, organist van de Oude- en Nieuwe kerk te Delft.

Dispositie.

Hieronder wordt de oorspronkelijke dispositie van het orgel te Uithuizen vergeleken met het orgel in Scheveningen:

Uithuizen Scheveningen
HOOFDWERK: HOOFDWERK:
— Quintadena 16 vt.
Praestant 8 vt. Prestant 8 vt.
Hollpijp 8 vt. Holpijp 8 vt.
Octavo 4 vt. Octaaf 4 vt.
Floyt (spits) 4 vt. Spitsfluit 4 vt.
Quinta 3 vt. Quint 3 vt.
Octavo 2 vt. Octaaf 2 vt.
Sufflet 1½ vt. —
Mixtuer 4-5 st. Mixtuur 3-5 st.
Trompet 8 vt. Trompet 8 vt.
Vox Humana 8 vt. —
RUGH POSITIJF: RUG POSITIEF:
Gedeckt 8 vt. Holpijp 8 vt.
Quintadena 8 vt. —
Praestant 4 vt. Prestant 4 vt.
Hollpijp 4 vt. Holpijp 4 vt.
Octavo 2 vt. Octaaf 2 vt.
Walt Floyt 2 vt. Woudfluit 2 vt.
Quinta 1½ vt. Quint 1½ vt.
Sexquialter 2 st. Sexquialter 2 st.
Scharp 4 st. —
Dulciaan 8 vt. Dulciaan 8 vt.

PEDAEL: PEDAAL:
Bourdon 16 vt. Subbas 16 vt.
Octavo 8 vt. Octaaf 8 vt.
Octavo 4 vt. Octaaf 4 vt.
Nachthoorn 2 vt. —
Mixtuer 4 st. —
Basuijn 16 vt. Bazuin 16 vt.
Trompet 8 vt. Trompet 8 vt.
Cornet 2 vt. Cornet 2 vt.
SPEELHULPEN: SPEELHULPEN:
Schuifkoppel Rw-Hw Schuifkoppel Rw-Hw
Koppel Ped-Hw Koppel Ped-Hw
Tremulant Tremulant

Omvang manualen:
C – c3 C – f3
Omvang pedaal:
C – d1 C – d1
Organisten.

Na de ingebruikname op 26 september 1973 hebben verschillende (gast)organisten tijdens kerkdiensten en zangavonden het orgel bespeeld. Hieronder een beknopt overzicht:

Klaas Bolt, Haarlem
Arjan Breukhoven, Rotterdam
Wim van Dijk, Scheveningen
Marcel van Duijvenvoorde, Scheveningen
Johan de Graaf, Leiden
Aarnoud de Groen, Den Haag
Bert Kruis, Noordeloos
Ruud Kuipers, Voorburg
Jaap Lauwers, Scheveningen
Joop Ligthart, Den Haag
Fred Lodder, Haarlem
Martin Mans, Rotterdam
Floor van Rijn, Katwijk aan Zee
Frans van Riessen, Scheveningen
Nico Schoonderwoerd, Scheveningen
Danny Spaans, Scheveningen
Kees Spaans, Scheveningen
Joop de Vries, Scheveningen
Vincent de Vries, Seoel (Korea)
Bas de Vroome, Delft
Heleen van der Weel, Den Haag
Jan van Westenbrugge, Wateringen
Martin Zonneberg, Groot Ammers

 

Vaste organisten van de Prinses Julianakerk

Wil Abraham
1953-1959     Aat Peet
1960-1998     Nico Schoonderwoerd
1962-heden   Frans van Riessen

1999-2003 Ruud Kuipers
2003-heden Wim van Dijk
2005-heden Danny Spaans
2009-heden Joop Ligthart (plaatsverv.)

 

Supra

Tongwerken van het Pedaal:
Van voor naar achter:
– Cornet 2 vt.
– Trompet 8 vt.
– Bazuin 16 vt.

 

Supra

Een kijkje in het hoofdwerk:
– Quint 3 vt.
– Spitsfluit 4 vt.
– Octaaf 4 vt.
– Holpijp 8 vt.

 

Supra

Het hoofdwerk met de Prestant 8 vt. in het front.

Foto’s: M. Rog / M. Spaans

Teksten:
– maandblad ‘de Orgelvriend’,
– website orgels in Den Haag,
– dagblad ‘Het Vaderland’,
– Danny Spaans.